Hoofdstuk 1 van 9
In uitvoering

Samenvatting

Het advies vanuit de Nederlandse richtlijnen is om bij aanwezigheid van risicofactoren op het ontstaan van pre-eclampsie of SGA, 80-150 mg aspirine voor te schrijven aan de zwangere. Om daarmee bij voorkeur te starten vóór de 16e zwangerschapsweek en te stoppen bij 36 weken zwangerschap.

Pre-eclampsie

Pre-eclampsie wordt geassocieerd met complicaties bij moeder en kind. SGA wordt geassocieerd met meer complicaties bij de baby op korte en lange termijn, wanneer er sprake was van onderliggende problematiek. De hypothese is dat aspirine invloed heeft op de aanleg van de placenta en daarmee de kans op pre-eclampsie of SGA verkleint.

Uit de onderzoeken lijkt naar voren te komen dat als een zwangere eerder pre-eclampsie had, aspirinegebruik van minimaal 75 mg per dag kan bijdragen aan het voorkomen van pre-eclampsie, alhoewel er ook onderzoeken zijn die geen of een minimaal verschil aantonen.

Groeivertraging / SGA

Ook lijkt naar voren te komen dat wanneer er sprake was van eerdere SGA op basis van placenta-insufficiëntie, aspirine kan bijdragen aan het voorkomen van SGA, maar het is niet duidelijk of de uitkomsten voor de baby daarmee ook verbeteren. Er zijn ook onderzoeken die geen verschil aantonen.

Andere risicofactoren

Bij aanwezigheid van andere risicofactoren dan een eerdere pre-eclampsie of een eerdere SGA-baby op basis van placenta-insufficiëntie, is niet duidelijk of aspirinegebruik tijdens de zwangerschap pre-eclampsie of SGA voorkomt. Dit betekent niet per definitie dat dit níet zo is, maar is onvoldoende helder onderzocht.

Dosering en variant

In de onderzoeken is alleen acetylsalicylzuur (aspirine) gebruik onderzocht. Het lijkt daarom logisch om aspirine voor te schrijven en niet Ascal of een andere variant. Momenteel wordt in sommige regio’s in Nederland een andere variant voorgeschreven.

De ideale dosering van aspirine is niet duidelijk. 60 Mg aspirine lijkt in ieder geval te weinig. Afhankelijk van de eerdere complicaties en aanwezige risicofactoren is een hoeveelheid van 75-150 mg wellicht effectief. Niet veel onderzoeken hebben de dosering van 150 mg onderzocht. Het is dus ook niet duidelijk of dit zorgt voor meer bijwerkingen.

Bijwerkingen

Naast de algemene bijwerkingen van aspirinegebruik (die omschreven staan bij het Farmacotherapeutisch Kompas), is er weinig onderzoek gedaan naar specifiek de bijwerkingen van aspirinegebruik tijdens de zwangerschap. Ook hierover worden wisselende uitspraken gedaan: van geen verschil in fluxus en placentaloslating, tot wel meer fluxus en een vermoeden op een iets hogere kans op een placentaloslating. De onderzoeksgroepen waren te klein om over een placentaloslating echt een uitspraak te kunnen doen.

Omdat er nog veel niet duidelijk is, is het des te belangrijker om het beleid af te stemmen op de desbetreffende zwangere.

Nog geen lid van Vraag de Vroedvrouw maar wel benieuwd naar het hele artikel? Word nu lid!