Hoofdstuk 3 van 10
In uitvoering

2. Wat is ‘informed choice’ en ‘informed refusal’?

Informed consent is een breed gedragen en internationaal erkende ethische en juridische voorwaarde voor goede zorg (Van der Pijl, 2023). Het beschermt de lichamelijke integriteit van patiënten en voorkomt medische interventies tegen hun wil. Het is in de basis een simpel en absoluut gegeven: 

Informed consent = niemand heeft het recht een medische handeling te verrichten zonder de expliciete toestemming van degene op wie de handeling van toepassing is. Met andere woorden: ‘ja’ is een antwoord op een voorstel of advies, maar ‘nee’ ook. Dat betekent dus dat: 

Informed refusal = weloverwogen afzien van de medische interventie

Wet op de Geneeskundige Behandel Overeenkomst

In Nederland is informed consent vastgelegd in De Wet op de Geneeskundige Behandel Overeenkomst (WGBO). Zodra een medische zorgverlener iemand onderzoekt of behandelt, is er sprake van een geneeskundige behandelovereenkomst. De behandelovereenkomst ontstaat al zodra iemand een zorgverlener belt of de wachtkamer binnenloopt. Meer over rechten en plichten in de geboortezorg lees je in dit artikel

Deze wet is dus relevant voor iedereen die medische zorg krijgt. Er staat in dat elke patiënt binnen zo’n behandelovereenkomst het recht heeft een geïnformeerde keuze (informed choice) te maken voordat hij of zij een medische behandeling ondergaat. Er zijn internationaal diverse definities van wat informed choice nou precies is, maar de WGBO hanteert deze definitie: 

Informed choice = een beslissing die is gemaakt na zorgvuldig afwegen van alle relevante informatie en in relatie tot iemands unieke omstandigheden, overtuiging en ervaring.

Wat is ‘relevante informatie’? 

Maar, wat is dan precies ‘relevante informatie’? Op papier is dat simpel: het is álle informatie die de zwangere vrouw heeft om tot een keuze te komen. De zorgverlener hoort haar alle feitelijke informatie te geven over de voor- en nadelen van elke optie die zij tot haar beschikking heeft. Naast de visie van de zorgverlener, gaat het hierbij ook over de ervaring van de zwangere, gevoel en gezond verstand. Daardoor kan het zijn dat een zorgverlener een andere risico-afweging maakt dan de zwangere, op basis van dezelfde informatie. Als zorgverlener en zwangere anders over zaken denken, is de beslissing van de zwangere leidend. Ze hoeft dit niet overtuigend te rechtvaardigen met sluitend bewijs of stapels wetenschappelijke onderzoeken: nee is nee.